De Afstudeerboom

Het cadeau Afstudeerboom symboliseert de groei die studenten doormaken bij Avans en die na hun studie natuurlijk doorgaat. Elke boom gaat onderdeel uitmaken van een volwaardig bos: het Avansbos. Ieder jaar zijn er nieuwe afstudeerders en wellicht ook andere initiatieven en zo groeit het Avansbos. En maken we een steeds grote impact op onze omgeving. Het doel is het Avansonderwijs CO2-neutraal te maken. De COopname per geplante boom, volwassen boom, en een volgroeid bos. De impact op de biodiversiteit, alle nieuwe beestjes en diertjes die hun nieuwe huis vinden. Lees hieronder meer over deze duurzame impact.

CO2 opname
Klimaatadaptie
Biodiversiteit

Kiemplantje 

De eerste fase is het begin van het leven van een boom en vindt plaats in een boomverzorgingscentrum. Dit gebeurt vaak binnen in bakken met potgrond, die comfort, genoeg vocht, en de juiste temperatuur bieden voor de boom.  In dit stadium vormen zich kleine wortels  in de grond, die water en mineralen verzamelen. Tegelijkertijd zal een groene spruit omhoogschieten, richting het licht, hier begint de fotosynthese. Deze fase is zeer kwetsbaar voor de boom, en veel factoren kunnen de spruit schaden. Zoals te veel/te weinig water, te veel zon, en kans om opgegeten te worden door insecten en dieren. In dit stadium nemen de ontkiemende zaden nauwelijks koolstofdioxide op.

Jong boompje 

In deze fase begint de bladeren schors  zich te vormen en zijn de bomen nog steeds erg kwetsbaar. Dit is een zeer snelle groeitijd voor de boom, daarom worden ze normaal gesproken verplaatst naar een grotere container met minder bescherming tegen omgevingsfactoren, zodat ze kunnen uitharden. Deze fase duurt tot de boom ongeveer 3 tot 15 jaar oud is, en varieert in hoogte van ongeveer 0,61 tot 1,52 m. In deze fase zal de boom ongeveer 5,9 kg koolstofdioxide absorberen en beginnen met het opzetten van een breed houtnetwerk, zodra ze buiten in grond zijn gezet. Dit netwerk zal de boom verder voorzien van voedingstoffen.

Tiener boom 

Dit is de tijd waarin de boom zich ontwikkeld heeft van jonge boom tot tiener boom, en een verharde bast begint te krijgen en een zichtbaar bladerdak. De boom zal ook steeds meer koolstofdioxide opnemen en dit is de beste tijd om de boom te verplaatsen naar de eind locatie, waar de boom zich zal volgroeien. De boom zal zorgen voor goede verbinding met de omringende bomen. Hij is nog niet volwassen genoeg om zich voort te planten, maar hij zal veel energie hebben om verder te groeien tot een volgroeide boom. In deze fase zal de boom gemiddeld 4,18 kg CO2 per jaar opnemen.

Volwassen boom 

In deze fase kan een boom zich voortplanten en nog meer kleine koolstofdioxide vasthouders creëren. De boom zal zich zaden, vruchten of noten laten groeien. De boom zal veel dikke en dunne takken hebben met bladeren die op allerlei manieren gekleurd zijn, afhankelijk van het seizoen. Dit is een stadium waarin de boom het meest productief is qua CO2-opname, afhankelijk van de soort boom In deze fase zal de hoogte niet zoveel toenemen, omdat de hoogte van de bomen beperkt is vanwege de toenemende bladwaterstress als gevolg van de zwaartekracht en pad lengte om water door de stam te transporteren. In deze fase neemt de boom gemiddeld 22,23 kg CO2 per jaar op.

Oeroude bomen 

Dit is het laatste stadium van de boom, en sommige zullen dit stadium niet bereiken, omdat ze eerder afsterven en rottende materie worden. Het is moeilijk te bepalen of een boom oud is op basis van leeftijd, aangezien sommige duizenden jaren oud kunnen worden, terwijl andere slechts een honderd jaar mee gaan. Deze fase is meer gecategoriseerd door zichtbare eigenschappen zoals het hebben van een brede stam die van binnen hol is. En ook al valt een boom om en sterft hij af, de resten worden altijd hergebruikt in de voedselketen.

Tijdens het groeien van de boom veranderen een aantal dingen in de omgeving waarin de boom geplaatst is. Deze klimaatadaptatie heeft verschillende voordelen.

Minder overstromingen 

Door het planten van de bomen kan regenwater makkelijker door de grond komen. Op een normaal stuk grond zonder bomen zal het water door blijven stromen, dit kan bijvoorbeeld overstromingen en langdurige droogte veroorzaken. Gelukkig hebben we hier in Nederland genoeg regen en is de mogelijkheid dat er langdurige droogte zal ontstaan erg klein. De bomen zorgen ervoor dat het water wordt vastgehouden in de grond, dit voorkomt het risico van overstromingen. Erg handig voor een land dat zich onder zeeniveau bevindt!

Verkoelend effect 

Stel je voor: Je besluit om op een lange wandeling te gaan, de hitte is ondragelijk, tijd voor een pauze in de schaduw. Geen betere plek dan onder de verkoelende schaduw van een boom! Door de opwarming van de aarde is de temperatuur in veel gebieden verhoogt. Tot wel 2-5 graden Celsius in Europese steden. Dit effect is niet alleen in grotere steden gemeten, maar ook in kleinere steden of grote dorpen.  De bomen zorgen voor een verkoelende schaduw, de schaduw verlaagt de temperatuur en bied verkoeling voor mensen en dieren.

Tegen gaan van bodemerosie 

Op steile plekken zoals hellingen, bergen, dijken en beekhellingen helpen bomen bodemerosie te voorkomen. De bomen houden de grond op zijn plaats door het netwerk van wortelen en bladeren die de bodem bedekken. Overigens houden de bomen(rijen) wind tegen, dit gaat bodemerosie tegen, maar beschermt ook de oogst en helpt het bestuiven.

Schimmel en bacterieel netwerk  

 De nieuwe bomen die worden geplant zorgen voor een netwerk van schimmelen en bacteriën. Die gaan een symbiose aan met de vegetatie in het bos, dus alle bomen en planten. De bomen geven de schimmels en bacteriën een optimale plek om te groeien, de temperatuur en de vochtige grond rondom de wortels is een perfecte plek voor deze micro-organismen. Andersom geven deze schimmelen en bacteriën de boom voedingstoffen en bouwstoffen. 

Wat is biodiversiteit? Het is een term die wordt gebruikt voor alle verschillende soorten planten, dieren en micro-organismen en hun leefomgeving. Waarom is biodiversiteit belangrijk? Omdat bijna alles wat we eten en dragen uiteindelijk indirect te herleiden valt tot biodiversiteit. Omdat wij zo afhankelijk zijn van biodiversiteit is het belangrijk om in plaats van tegen de natuur met de natuur te werken. Dit resulteert in lagere kosten en stabielere opbrengsten. In natuurlijke ecosystemen, de gebieden en organismen in een bepaalde omgeving, vervult elk organisme een bepaalde functie.

Bomen & planten 

De vegetatie in een ecosysteem is vaak de voedselbron voor veel andere dieren en schimmels. De diversiteit begint al met de verschillende boomsoorten die elk weer bepaalde relaties met andere organismen. In gemengde bossen zoals het Avansbos is daarom ook vaak een grotere biodiversiteit aanwezig dan in bossen met alleen dezelfde soort boom. Verder worden voedingstoffen onderling uitgewisseld. Met de hulp van mycorrhiza schimmels kunnen zelfs op het oog dode boomstronken in leven gehouden worden door de bomen in de omgeving.

Schimmels 

Schimmel netwerken vervullen ook een essentiële rol in biodiversiteit. De grond in bossen zit letterlijk vol met leven, dit zijn organismen zoals schimmels, insecten en micro-organismen. Schimmels in de vorm van mycorrhiza (betekend letterlijk “schimmel-wortel”) groeien samen met ongeveer twee derde van alle landplanten. Deze schimmel wisselt voedingstoffen uit met de boom, als het ware een soort van ruilen. De schimmels zorgen voor fosfaat en stikstof en krijgen in ruil hiervoor suikers die de schimmel dan weer kan consumeren. Deze vorm van interactie wordt in ecologische termen “symbiose” genoemd, een proces waar beide partijen profijt van hebben.

Minder vatbaar voor ziektes

Naast schimmels zijn ook dieren essentieel voor de groei en diversiteit in een ecosysteem. In de bomen kunnen bijvoorbeeld vogels nesten, insecten kunnen hun larven leggen. Daarnaast zijn bomen weer een voedselbron voor de dieren en in ruil hiervoor kunnen de bomen via zaden zich verder voortplanten.  Ook mensen maken deel uit van de algehele biodiversiteit. Een grote hoeveelheid aan verschillende soorten levensvormen leidt tot een positief effect voor iedereen. Dit heeft te maken met de genetische code. Veel verschillende soorten organismen zorgt voor een gevarieerde genetische code waardoor we minder vatbaar zijn voor infecties en ziektes.